Dyslexie staat ook wel bekend als woordblindheid en is een verzamelnaam voor verscheidene aandoeningen die de omgang met taal bemoeilijken. Er zijn verschillende vormen en gradaties van dyslexie. Dyslexie heeft voornamelijk invloed op leesvaardigheid, spelling en woordenschat. Onderzoek wijst uit dat dyslexie in ieder geval een neurologische oorzaak heeft, en dus te wijten is aan hersenactiviteit. Ook zijn er sterke aanwijzingen dat erfelijkheid een rol speelt bij dyslexie.

1. Herkennen & erkennen

Het is belangrijk dat dyslexie wordt herkend als een aandoening en niet wordt verward met een gebrek aan doorzettingsvermogen of interesse. Iemand met dyslexie kan er niets aan doen dat hij/zij moeite heeft met lezen en schrijven. Net zoals iemand met een oogafwijking er niets aan kan doen dat hij/zij moeite heeft met zien. Bovendien geldt: hoe sneller dyslexie wordt herkend en erkend, des te sneller en beter de desbetreffende persoon kan worden behandeld.

2. Praat erover

Dyslexie kan al worden opgemerkt bij kinderen van tweeënhalf, maar het openbaart zich vaak pas volledig op schoolgaande leeftijd. Dyslectische kinderen overwinnen doorgaans veel van hun problemen, maar hebben als volwassenen vaak subtiele problemen met luister-, lees- en schrijfvaardigheid. Door al van jongs af aan met je kind te praten over zijn/haar “afwijking”, zal hij/zij op latere leeftijd minder last hebben van onzekerheid en/of gebrek aan zelfvertrouwen.

3. Leren compenseren

Mensen met dyslexie beschikken over eenzelfde gemiddelde intelligentie als andere. Hun hersenen hebben enkel problemen met het interpreteren van informatie. Hersenen kunnen dit deels compenseren door andere hersenfuncties aan te spreken. Compensatie van de hersenen kan – met name op jonge leeftijd – worden gestimuleerd en getraind. Het is daarom belangrijk om al op jonge leeftijd werk te maken van dyslexie!

4. Lees erover…

Als je kind dyslectisch is, is het verstandig om zo veel mogelijk informatie in te winnen over dyslexie. De boeken ‘Omgaan met Dyslexie’ van Jan Hindrik Loonstra, ‘Houvast bij dyslexie’ van Arga Paternotte en Overwin dyslexie’ van Anneke M. Tulner-Hepkema zijn enkele goede voorbeelden.

Ben jij dyslectisch of heb je andersoortige ervaring met dyslexie? Deel hieronder jouw bevindingen en adviezen ten aanzien van ‘dyslectie’…

Plaats een reactie

Je reactie wordt voor publicatie gekeurd door de redactie en dient te voldoen aan de regels voor reacties.